Advocaat Christian Flokstra: ‘De nieuwe generatie mag weleens wat kwader worden’

VU-alumnus Christian Flokstra staat als advocaat zware jongens bij, is onder meer betrokken bij het Marengo-proces en viel onlangs met zijn podcast Napleiten in de prijzen.

Gehaast beent hij het Amsterdamse kantoor van Ficq & Partners Advocaten binnen voor onze afspraak om samen terug te blikken op 2023. Zijn telefoon staat roodgloeiend. „Eén seconde hoor”, zegt hij, als hij snel zijn telefoon opneemt. „Flokstra hier. Kan ik jou straks even terugbellen? Of heb je spoed, spoed, spoed?” 

„Wat voor jaar ik heb gehad?” verzucht hij. „Ik zit er nog middenin.”

„Kijk, dat hele Marengo-proces dat de afgelopen jaren heeft gespeeld met alle daaruit voortvloeiende ellende, heeft mij flink bezig gehouden. Derk Wiersum die doodgeschoten is. Peter de Vries die doodgeschoten is. De broer van de kroongetuige die doodgeschoten is. Los van het pleiten in de zaak voor mijn eigen cliënt, een van de vermeende leden van de organisatie van Ridouan T., is de hele nasleep me niet in de koude kleren gaan zitten.”

„Mij interesseert het vooral hoe het zover heeft kunnen komen en wie hier eigenlijk verantwoordelijk voor is. Waarom heeft het zo mis kunnen gaan? Zowel op politiek niveau als in de top van het Openbaar Ministerie.”

Ik las in een eerder verschenen interview dat u ‘de kroonprins van het favoriete advocatenkantoor van de onderwereld’ wordt genoemd. Wat vindt u daar zelf van?

„God ja, dat is ook zo. Voordat ik bij dit kantoor ben gekomen, had het kantoor al een reputatie in het bijstaan van de zware jongens. De Hells Angels, de Hollandse penoze, Dino Soerel. ‘Het Liquidatiekantoor’ werden we genoemd en dat werd toen een beetje een geuzennaam.”

„Het is tegenwoordig alleen niet meer zoals het toen was. Niet dat een liquidatie vroeger nou zo leuk was. Helemaal niet. Maar het was anders. De plek van de advocaat was duidelijker. Als advocaat in dit soort zaken word je tegenwoordig veel meer vereenzelvigd met de verdachte. En in dat licht word ik niet zo vrolijk van die bijnaam.”

Hoe bedoelt u dat precies? 

„Je ziet een ontwikkeling waarbij in dit soort zaken met een zeker wantrouwen wordt gekeken naar de advocaten van dan verdachten. En ik snap het ergens wel, gelet op wat er met Youssef Taghi is gebeurd, of de verdenkingen tegen Inez Weski, of de aanhouding van Yehudi Moszkowicz in België. En als er rotte appels zijn, moeten die er ook uit. Alleen, het slaat nu door in een opstelling richting advocaten in dit soort processen die mij zorgen baart. Dat gaat over visueel toezicht tijdens het bezoek van mijn cliënten in de EBI (Extra Beveiligde Gevangenis, red.), maar ook over het feit dat mijn kantoorgenoten worden gevolgd in Dubai. Dat we afgeluisterd worden. Dat ik beschuldigd werd van het overbrengen van berichten aan een kroongetuige. Het loopt verdomme de spuigaten uit.”

„Je ziet gewoon dat de politie en het OM steeds vaker de grens opzoeken. Kijk naar uit de hand gelopen undercoveracties, waar gestoorde dingen plaatsvinden.”

„Het besef moet terugkeren dat het geen zin heeft om de advocaat als een verdachte te benaderen. Want we kunnen alleen maar met elkaar functioneren op het moment dat de rechter, de officier van justitie en de advocaat toch een beetje met elkaar in hetzelfde schuitje zitten, ondanks onze verschillende posities.”

U zegt dat u veel over deze problematiek nadenkt. Heeft u voorzichtige conclusies?

„Het is belangrijk om te beseffen dat het criminele circuit de laatste jaren enorm is verhard. De Dino Soerels en Holleeders van vroeger verdienden lang niet zoveel geld als die jongens nu. Het zijn veelal jongens met een andere culturele achtergrond. Ze komen uit gesloten Marokkaanse of Antiliaanse gemeenschappen in en rond de grote steden als Amsterdam of Utrecht. Waar iedereen elkaar kent. Waar families elkaar kennen. Waar enorme loyaliteit heerst naar elkaar, maar ook enorme angst heerst onder elkaar. En waarbij praten met de politie snitchen is. En daar zitten ook rücksichtslose types tussen, met heel veel geld, heel veel middelen en een goed functionerende organisatiestructuur.”

„De Nederlandse overheid reageert op deze verharding door er nóg harder tegen op te treden. Door ook middelen te gaan gebruiken die niet helemaal lekker zijn, zoals het illegaal afluisteren of schaduwen van advocaten. Je ziet gewoon dat de politie en het OM steeds vaker de grens opzoeken. Kijk naar uit de hand gelopen undercoveracties, waar gestoorde dingen plaatsvinden. Dat kan alleen maar omdat de politie en het OM weten dat er geen consequenties zijn. Dus gaan ze de grenzen opzoeken en dan gaan ze de grenzen over. Dat komt mede omdat de Hoge Raad het al jaren allemaal niet meer afstraft. Het gevolg is dat we in een vicieuze cirkel van verharding zitten.”

„Hij vroeg zich af of ik een beetje gefrustreerd was. Dan denk ik: ik gefrustreerd? Misschien zijn jullie allemaal een beetje ingedut.”

„Ik heb ook het idee dat het de meeste Nederlandse politici niet echt interesseert of het helpt wat ze doen. Neem nu Dilan Yesilgöz, onze minister van Veiligheid en Justitie, die overigens geen enkele studie of ervaring heeft op dit onderwerp. Met holle frasen roept ze hard dat ze vanuit het OM en de politie er alles aan doen om de drugshandel tegen te gaan. Maar wat doen ze echt? Behalve posters laten drukken die drugsgebruik ontmoedigen. Het gaat haar er vooral om dat ze laat zien dat ze wat doet. Alleen ondertussen wordt het alleen maar erger.”

U bent best uitgesproken als het gaat om de politiek, de overheid, de wetenschap en wat niet eigenlijk. 

„Ik ging onlangs een hapje eten met een vriend, ook een advocaat en partner bij een groot kantoor. We hadden elkaar een tijd niet gezien en hij zei tegen mij: ‘Het valt me op dat je de hele tijd zo boos bent’. Hij had gezien dat ik zo los ging op Dilan Yesilgöz en vroeg zich af of ik een beetje gefrustreerd was. Dan denk ik: ik gefrustreerd? Misschien zijn jullie allemaal een beetje ingedut.”

„Weet je, dat is ook mijn kritiek op mijn eigen generatie en op mensen uit de wetenschap. Je ziet, op de usual suspects na, zo weinig mensen die opstaan en zeggen: zo zit het écht. De wetenschap is de basis voor alle beslissingen die je als samenleving moet nemen. Als een belangrijk deel van de bevolking zegt: wetenschap is een mening, nou dan vind ik dat toch wel een alarmbel eerste klas. Dan moet je als wetenschap een keer je positie gaan innemen.”

„Je kunt als wetenschapper wel weer een stukje schrijven in een of ander vakblaadje dat niemand leest.”

„Je kunt als wetenschapper wel weer een stukje schrijven in een of ander vakblaadje dat niemand leest, behalve je medewetenschappers. maar ik denk dan: trek je mond eens open. Ga maar leren om in tien minuten een sterk verhaal neer te zetten en schuif aan bij een talkshow.”

Bent u altijd zo bevlogen geweest?

„Ik heb me wel vroeg gerealiseerd dat je boven op de macht moet zitten. Of het nou de mediamacht is of de politieke macht. Mijn vader moedigde mij al jong aan om kranten te lezen en samen met hem het journaal te kijken. Ik was een nakomertje, mijn vader was een stuk ouder en kwam dus uit een hele andere generatie. We waren het daardoor ook vaak oneens. Het ging er soms best fel aan toe tijdens het eten. Mijn moeder werd gek van ons. Tot huilens toe zat ze naast ons of liep van tafel weg. Tussen mijn vader en mij was het na vijf minuten weer geklaard. Ik kreeg er vooral energie van. Daarom vind ik het vak van advocaat ook zo leuk: je bent steeds in debat.”

Wist u altijd al dat u advocaat wilde worden?

„Vanaf jongs af aan vond ik misdaad al interessant. Peter R. de Vries, de Puttense moordzaken. Om de hoek van mijn ouderlijk huis werd Sam Klepper vermoord. En later, om de hoek van mijn studentenhuis, Willem Endstra. Dat heeft wel mijn interesse aangewakkerd. De eerste paar jaar nam ik mijn studie rechten eigenlijk niet zo serieus. Ik haalde het allemaal maar net aan. Pas toen ik het strafrecht kon doen, raakte ik gepassioneerd over het recht.”

Die passie lijkt allesbehalve uitgedoofd. 

„Ik vind dat de nieuwe generatie ook weleens wat kwader mag worden. En dan bedoel ik niet kwader in de zin van: allemaal bij Extinction Rebellion gaan, sit-ins gaan organiseren en de A12 bezetten. Nee, pak de fucking macht. Ga het dóén in plaats van alleen maar protesteren.”

„Ik ben niet geschikt voor de politiek. Leuker vind ik het om op de achtergrond de boel een beetje op te hitsen.”

„Dan denk jij nu misschien: wat doe jíj dan Christian? Ik probeer podcasts te maken over politiek, de overheid en de media en wat daar allemaal beter kan. Als ik ergens aan kan bijdragen dan doe ik dat graag. Nee, ik ben niet geschikt voor de politiek. Leuker vind ik het om op de achtergrond de boel een beetje op te hitsen.”

„Zo, ik voel me een stuk beter dan voor het interview. Dank je wel. Het was lekker om even los te gaan”. Zijn telefoon inmiddels weer trillend en piepend op tafel. “Flokstra hier. Oké, kunt u even haar nummer noteren, dan bel ik haar zo even terug.” 

4 weken ago

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.